Geïnspireerd door het programma “Samen tegen armoede begint bij de 1e 1000 dagen” kijkt Gemeente Utrecht terug op de landelijke conferentie Kansrijke Start op 19 juni jl. Vanuit Utrecht werd er een bijdrage geleverd op de onderwerpen sensitief werken en samenwerken, waar ze trots op zijn. Samen met collega’s, professionals en ervaringsdeskundigen vertelden zij vanuit de Utrechtse coalitie hoe ze samenwerken met ouders, professionals in de (informele) wijknetwerken en beleidsdomeinen om alle kinderen in Utrecht een goede toekomst te bieden.
Amél, de Utrechtse ouder vertelde tijdens de conferentie over haar ervaringen en knelpunten in het systeem, cultuurverschillen en hoe zij samenwerkt in de Utrechtse coalitie. In onze Utrechtse aanpak is samenwerken, leren met ouders een belangrijke pijler en recent heeft Amél haar ouderperspectief over leven met geldzorgen gedeeld in het geboortenetwerk Leidsche Rijn.
Ook in de spreekkamer zien Utrechtse professionals geldzorgen, stapeling van problemen en chronische stress bij gezinnen. In Utrecht en de regio bieden we een handreiking aan professionals om geldzorgen bij gezinnen te signaleren en bespreekbaar te maken. Bibbi van Gogswaardt: “Sluit in het gesprek aan bij de context waarin de (aanstaande) ouder(s) zitten. Verdiep je in hun situatie en sluit daarbij aan. Daardoor wordt het makkelijker ernaar te vraag. Vraag bijvoorbeeld naar de impact op hun dagelijks leven als gevolg van corona, het verlies van hun baan of echtscheiding.”
Utrecht heeft ervaringen met stress sensitief werken bij de JGZ en eerste lijn, hier bouwen zij op voort. De ambitie is om met pilots samen te leren en de werkwijze aan te scherpen.
Leidsche Rijn is één van de acht Utrechtse geboortenetwerken, waar professionals uit het sociaal medisch domein vanuit ieders expertise van elkaar leren, daardoor elkaar makkelijker weten te vinden en te versterken. Dit doen we door het bespreken van casuïstiek van knelpunten en concrete vragen van gezinnen om de persoonlijke hulp en ondersteuning aan deze gezinnen te verbeteren. Denk bijvoorbeeld aan een geïsoleerd gezin, waar geen Nederlands wordt gesproken. Gwendolyn van Strien: “De basis voor een goede samenwerking tussen professionals is om elkaar te leren kennen, afspraken te maken en voorop te stellen dat we met elkaar regelen dat het gezin geholpen wordt. Geef een terugkoppeling van de ontwikkelingen. En maak verzoeken en knelpunten in de samenwerking bespreekbaar. Zorg voor veiligheid en vertrouwen om elkaar aan te spreken.”
Daarnaast heeft Utrecht het stedelijk platform Eerste 1.000 dagen met bevlogen professionals uit de wijknetwerken, waar we aan de hand van praktijkverhalen leren van elkaar. Ook verdiepen we op inhoudelijke onderwerpen en werkwijze om het vakmanschap door te ontwikkelen. Bijvoorbeeld over het thema stress waar ouders met armoede veel mee te maken hebben.
De leefwereld van gezinnen is niet in één beleidsdomein te vangen. Daarom werken zij bij de gemeente Utrecht samen met verschillende afdelingen om aan goede oplossingsrichtingen te werken voor knelpunten uit de praktijk waar het systeem tekort schiet en we gezinnen met geldzorgen niet bereiken. Dit doen zij o.a. door goed het bereik en de toegankelijkheid van de lokale regelingen/potjes te monitoren en te verbeteren (via sleutelpersonen) of de aanvragen makkelijker maken. Maar denk hierbij ook aan verruiming van regelingen, waar gezinnen écht mee geholpen worden. De signalen uit de praktijk en verhalen van de gezinnen zijn daarbij nodig om “passend” beleid te kunnen maken en ongelijk te investeren in gelijke kansen.